Hype voor hipsters?

Mensen met een bijzondere woonwens krijgen veel aandacht. Tiny Housing, Kluswoningen, en wooncoöperaties staan volop in de aandacht van beleidsmakers en wethouders. Marjolein in het Klein heeft met haar Tiny House TV, radio en tijdschriften gesierd. Is hier sprake van een hype voor hipsters, of is er meer aan de hand?

Kant en klaar of eigenwijs?

De groep mensen die in een gestylde stacaravan wil wonen, of met een ander groepje eensgezinden zelf een woongebouw wil ontwikkelen is waarschijnlijk niet zo groot. Het ziet er aanlokkelijk uit, maar als puntje bij paaltje komt zal de overgrote meerderheid toch kiezen voor een traditionele woning met genoeg groen en voorzieningen in de buurt. Dat minster Blok voor wooncoöperaties een speciale werkgroep heeft opgericht, met regionale ambassadeurs, lijkt dan ook overdreven.

Maar de andere kant: Het reguliere systeem met projectontwikkelaars, corporaties en grondbedrijven hapert. Er zijn groepen mensen die daardoor geen woning naar hun wens en passend bij hun inkomen kunnen vinden. Als voorbeeld noem ik middeninkomens die te veel verdienen voor een sociale huurwoning en ouderen die hun te grote eengezinswoning willen verkopen, maar geen aantrekkelijk alternatief hebben om door te stromen. Dat zijn geen niches maar grote doelgroepen die het huidige systeem onvoldoende bedient. In veel gebieden lukt het onvoldoende om het gat tussen sociale huur en koop te overbruggen, waardoor middeninkomens te weinig opties hebben. Middeldure huur is beperkt en de beschikbare goedkope koopwoningen zijn verouderd en niet toekomstgeschikt. Geen wonder dat een groeiende groep mensen op zoek gaat naar alternatieven zoals Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO) en kluswoningen. Beleidsmakers, planeconomen en bestuurders moeten zich dat aantrekken en zoeken naar openingen in het huidige systeem. Een systeem dat veelal vastgeroest zit in grondprijzen, bestaande afspraken en procedures. Meer flexibiliteit is nodig. En juist dat kunnen we leren als we naar de vrijdenkers kijken die in een Tiny House wonen. Als locaties automatisch naar de hoogstbiedende gaan blijft een grote groep woningzoekenden in de kou staan. Als we leren hou we een plek kunnen vinden voor een Tiny House moet een middeldure huurwoning toch ook te doen zijn.

Stop met de middelmaat

Geld mag het probleem niet (meer) zijn. De tijd dat het grootste deel van de gemeentelijke geldstroom en bijbehorende risico’s in het grondbedrijf en de projecten zat is voorbij. Het zijn nu de kosten voor de zorg waar de grote risico’s in de gemeentelijke begroting te vinden zijn. Hoe je als gemeente omgaat met de vergrijzing en de snel groter wordende groep alleenstaande ouderen is vanaf nu een belangrijke factor voor een gezond gemeentelijk huishoudboekje. Vanuit de ruimtelijke ontwikkeling zullen we daar veel meer in een ondersteunde rol moeten komen. Wat nodig is zijn woonvormen voor ouderen die helpen om eenzaamheid te verkopen en een actieve levensstijl te bevorderen. Die moeten we vormgeven en ontwikkelen. Wooncoöperaties zijn daar waarschijnlijk een een goede vorm voor. En dat er dan een wat lagere grondprijs of hogere ontwikkelkosten bij komen verdient de gemeente makkelijk terug met de lagere Wmo uitgaven omdat ouderen veel langer in staat zijn om voor zichzelf te zorgen.

Experimenteer!

Mijn conclusie: Laten we als gemeenten, corporaties en ontwikkelaars vooral experimenteren met Tiny Houses en Wooncoöperaties. Dat helpt om op een andere manier naar de woonopgave te kijken. En dat is hard nodig als we alle woningzoekenden goed willen bedienen en de zorgkosten binnen de perken willen houden. Woningzoekenden blij, wethouders financiën blij. En een mooie bijvangst: nog meer plaatjes van hippe woningen in de Libelle en Volkskrant.

Gepubliceerd op dec 7, 2016 en geschreven door:
Koen van Polanen

Koen van Polanen

Directeur / Juridisch Adviseur

Blijf op de hoogte en schrijf je in voor de nieuwsbrief

Nieuwsbriefinschrijving