Actualiteiten omgevingsrecht – week 41

Aanvullingswet geluid Omgevingswet

Ingediend bij de Tweede Kamer met parlementairnummer 35054.

Met dit wetsvoorstel wordt de regelgeving voor geluid afkomstig van infrastructuur (wegen en spoorwegen) en industrieterreinen ingevoegd in de Omgevingswet. De regels worden daarbij in overeenstemming gebracht met de opbouw en de doelen van die wet. Tegelijkertijd worden de regels over taken en bevoegdheden van provincies, gemeenten en waterschappen voor geluid herzien. Doel daarvan is om ook voor lokale en provinciale wegen, lokale spoorwegen en industrieterreinen de geluidregelgeving duidelijker en beter te maken.

AbRS 26 september 2018, ECLI:NL:RVS:2018:3111

Indien in bezwaar op onderdelen een last onder dwangsom wordt gewijzigd, dan moet ook duidelijkheid gegeven worden over de overige onderdelen. Expliciet moet vermeld worden wat dit voor de andere onderdelen betekent. In casu was de hoogte van de dwangsom veranderd, maar zegt de beslissing op bezwaar niets over de begunstigingstermijn. De Afdeling oordeelt dat dit in strijd is met de rechtszekerheid.

AbRS 26 september 2018, ECLI:NL:RVS:2018:3134

Het bezwaarschrift is ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard. De Afdeling is van oordeel dat appellant aannemelijk heeft gemaakt dat hij het bezwaarschrift tijdig heeft verzonden, ook al heeft hij de brief niet aangetekend verzonden. Dit op grond van de volgende omstandigheden:

  • De brief is gefrankeerd en sprake van verzending op een locatie van PostNL;
  • Van de enveloppe is ter plekke een kopie gemaakt en daarop is te zien dat de brief gericht is aan het adres van het stadskantoor, waarbij het college de juistheid van de adressering niet heeft betwist;
  • Op de enveloppe bevindt  zich een sticker met de code PKXL1 156111 voorzien van de datum 15 januari 2017 en een waarde-aanduiding van € 0,78, zijnde de normale waarde van een postzegel op dat moment. Een dergelijke sticker wordt alleen maar gebruikt door loketfrankeermachines van PostNL en vervangt zowel een postzegel als een datumstempel die daarop normaal gesproken bij de verwerking door PostNL wordt geplaatst;
  • Daarnaast heeft appellant een betalingsbewijs overgelegd met hetzelfde nummer 156111 en dezelfde datum en tijd als de frankeersticker, afgegeven door het postagentschap in de Plus supermarkt aan de Brink 5 te Den Bosch.

Dat niet met absolute zekerheid kan worden gesteld dat het bezwaarschrift zich in de desbetreffende enveloppe heeft bevonden, leidt niet tot een ander oordeel. Daarbij is van belang dat het in dit geval gaat om een door PostNL aangebrachte frankeersticker en niet om een stempel die door een eigen frankeermachine van de verzender is aangebracht.


Wilt u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen en actualiteiten in het omgevingsrecht? Ruimtemeesters houdt wekelijks de laatste jurisprudentie bij. Volg onze LinkedIn bedrijfspagina of het nieuws op onze website.

Gepubliceerd op okt 12, 2018 en geschreven door:
Koen van Polanen

Koen van Polanen

Directeur / Juridisch Adviseur

Blijf op de hoogte en schrijf je in voor de nieuwsbrief

Nieuwsbriefinschrijving