Actualiteiten Omgevingsrecht – Week 17 | 2023

Jurisprudentie Omgevingsrecht

Hobbymatige agrarische activiteiten (ECLI:NL:RVS:2023:1651)

Het college van gemeente Son en Breugel heeft, in afwijking van het bestemmingsplan, een omgevingsvergunning verleend voor het plaatsen van een hekwerk. Vergunninghouder heeft twee weides, waar hij hobbymatig alpaca’s houdt. Het hekwerk waarvoor een vergunning is verleend, is hoger dan het bestemmingsplan toestaat. Daarnaast geldt, op basis van het bestemmingsplan, deels de bestemming “Agrarisch met waarden-1”. Tegen de verleende omgevingsvergunning is door appellant bezwaar gemaakt. Hij vreest voor een aantasting van het woon- en leefklimaat, omdat zijn uitzicht wordt belemmerd door het hekwerk.

Hiertoe heeft de appellant onder andere aangevoerd dat een hekwerk een lager hekwerk ook  voldoende is om de alpaca’s in de wei te houden. Daarnaast valt het hobbymatig houden van alpaca’s niet onder de agrarische bestemming. Er is volgens appellant pas sprake van een agrarische activiteit wanneer producten worden voortgebracht. Dat is in dit geval niet zo. Tevens is het hekwerk in strijd met een goede ruimtelijke ordening. Het hekwerk met staafmatvulling zorgt ervoor dat het zicht van appellant wordt aangetast, nu hij tegen een ‘zwarte muur’ aan kijkt. Dit past niet in de landschappelijke omgeving.
De rechtbank heeft overwogen dat het college de omgevingsvergunning heeft mogen verlenen, omdat het hekwerk voldoet aan de vereisten om af te wijken van het bestemmingsplan. Daarnaast mocht het college aansluiten bij de definitie ‘agrarische activiteiten’ uit het Activiteitenbesluit, nu dit niet in de planregels is gedefinieerd. Het hobbymatig houden van alpaca’s valt onder het genoemde begrip.

Volgens de Afdeling valt het houden van landbouwhuisdieren onder een agrarische activiteit, wanneer deze voor productiedoeleinden worden gehouden. Het oogmerk waarmee de dieren worden gehouden is, zo blijkt uit de wetsgeschiedenis, niet bepalend voor het feit of er sprake is van een landbouwhuisdier. Nu het oogmerk dus niet van belang is en de dieren voor productiedoeleinden worden gehouden, moet geconcludeerd worden dat ook het hobbymatig houden van alpaca’s moet worden aangemerkt als een agrarische activiteit. Voor wat betreft het uitzicht van appellant, heeft de Afdeling in een eerdere uitspraak overwogen dat geen recht bestaat op een blijvend vrij uitzicht (ECLI:NL:RVS:2023:503). Ondanks het feit dat het uitzicht in enige mate zal worden aangetast, worden in dit geval de belangen van appellant niet onevenredig geschaad. Bovendien grenst enkel de achtertuin van appellant aan het hekwerk en heeft hijzelf een vergelijkbaar hekwerk op zijn grond staan. Daarnaast is de afrastering doorzichtig, waardoor de impact op de landschappelijke omgeving beperkt blijft.

Welstand en leefbaarheidstoets (ECLI:NL:RVS:2023:1642)
Het college van gemeente Utrecht heeft een omgevingsvergunning verleend voor het verbouwen van een voormalig kloostergebouw tot een wooncomplex. Hiertegen is door appellanten bezwaar ingesteld aangezien ze wensen dat de oorspronkelijke veranda aan de achterkant van het kloostergebouw behouden blijft. De appellanten voeren aan dat het vervangen van de veranda voor een moderne aanbouw in strijd is met redelijke eisen van welstand. Bovendien blijkt uit de gemeentelijke welstandsnota dat de aanpassing aan architectonische bijzonderheden, een ernstige ontsiering van het bouwwerk is. Tevens stellen appellanten dat omwonenden niet betrokken zijn geweest bij de verlening van de omgevingsvergunning. In het kader hiervan heeft het college onterecht afgezien van het laten uitvoeren van een leefbaarheidstoets.

Volgens de Afdeling is het bouwplan niet in strijd met redelijke eisen van welstand. Er moet worden gekeken naar de vergunde situatie en niet naar het verschil tussen de bestaande en vergunde situatie. Daarnaast heeft het gebouw geen beschermde status en is de achterzijde van het gebouw welstandsvrij. Verder stelt de Afdeling dat het college heeft voldaan aan de wettelijke verplichting tot kennisgeving, middels de publicatie in het Gemeenteblad, het ingaan op bezwaar en de videohoorzitting met appellanten. Opmerking verdient dat op basis van het geldende bestemmingsplan met verbrede reikwijdte geldt dat een leefbaarheidstoets enkel moet worden uitgevoerd bij het omvormen van één bestaande woning tot meer woonruimtes. Hiervan is in dit geval geen sprake. Hierdoor vervalt de verplichting om een leefbaarheidstoets uit te voeren.

 

Op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen en actualiteiten in het omgevingsrecht? Ruimtemeesters houdt wekelijks de laatste jurisprudentie bij. Volg ons op LinkedIn of schrijf je in voor onze maandelijkse nieuwsbrief om niets te missen!
Hulp of advies nodig? Onze experts zijn er om te helpen! Neem contact met ons op. 

Klaar voor een nieuwe uitdaging? Bekijk de openstaande juridische vacatures:

Ondernemende Jurist
Senior Jurist Omgevingsrecht
Medior Jurist Omgevingsrecht
Medior Jurist Handhaving
Junior Jurist
Juridisch Adviseur Omgevingsrecht

Gepubliceerd op mei 12, 2023 en geschreven door:
Koen van Polanen

Koen van Polanen

Directeur / Juridisch Adviseur

Blijf op de hoogte en schrijf je in voor de nieuwsbrief

Nieuwsbriefinschrijving