Actualiteiten Omgevingsrecht – Week 43 | 2022

Jurisprudentie Omgevingsrecht

Belanghebbende in het omgevingsrecht (ECLI:NL:RVS:2022:3090)

De gemeenteraad van Rotterdam heeft een bestemmingsplan vastgesteld dat voorziet in de bouw van een nieuw stadion voor de voetbalclub Feyenoord en de herontwikkeling van het bestaande stadion. Hiertoe worden infrastructurele aanpassingen gedaan. In het kader daarvan heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat een Waterwetvergunning verleend. Daarnaast wordt ook woningbouw mogelijk gemaakt en vindt herschikking van bedrijvigheid plaats. Voorts heeft het college van de gemeente Rotterdam een omgevingsvergunning verleent voor de bouw van het nieuwe stadion.

Wél zienswijze

Een omwonende kan zich niet verenigen met het ontwerpbestemmingsplan en de verleende bouwvergunning. De angst bestaat dat nadelige gevolgen worden ondervonden van de ontwikkeling. Volgens de raad en het college kan deze omwonende echter niet worden aangemerkt als belanghebbende bij het vastgestelde plan en de verleende omgevingsvergunning voor de bouw van het nieuwe station. Zij voeren aan dat de omwonende één kilometer van het plangebied vandaan woont en er in zoverre geen sprake is van gevolgen van enige betekenis.

Naar aanleiding van een uitspraak van het Europese Hof van Justitie (Varkens in Nood, ECLI:EU:2021:7), heeft de Afdeling eerder overwogen dat degene die bij een besluit geen belanghebbende is, maar die wel een zienswijze heeft ingediend tegen het ontwerpbesluit op basis van de in het nationale omgevingsrecht gegeven mogelijkheid daartoe, in beroep niet zal worden tegengeworpen dat hij geen belanghebbende is” (ECLI:NL:RVS:2021:953).
Iedereen heeft de mogelijkheid om tegen een ontwerpbestemmingsplan zienswijzen naar voren te brengen. Hetzelfde geldt voor een omgevingsvergunning die met de uitgebreide procedure is voorbereid.

In dit geval heeft de omwonenden eerder wel zienswijze naar voren gebracht. Dit betekent dat voor het instellen van beroep, het niet uitmaakt of omwonende al dan niet als belanghebbende kan worden aangemerkt. De Afdeling oordeelt dan ook dat omwonende ontvankelijk is in zijn beroep.

Géén zienswijze

Andere omwonenden en een in de omgeving gevestigd bedrijf zijn het niet eens met de verleende Waterwetvergunning. Volgens de minister kunnen zij echter niet als belanghebbende worden aangemerkt bij de verleende vergunning, omdat zij geen zienswijzen naar voren hebben gebracht tegen het ontwerp ervan. Daarnaast zouden zij ook geen gevolgen van enige betekenis ondervinden.

Op basis van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) geldt dat enkel belanghebbenden die zienswijzen naar voren hebben gebracht, beroep kunnen instellen bij de bestuursrechter (artikel 8:1 en 6.13 Awb).
De Afdeling heeft naar aanleiding van het genoemde “Varkens in nood”-arrest in een eerdere uitspraak geoordeeld dat “belanghebbenden in omgevingsrechtelijke zaken die zijn voorbereid met afdeling 3.4 Awb, niet langer wordt tegengeworpen dat zij geen zienswijze naar voren hebben gebracht” (ECLI:NLRVS:2021:786). Dit betekent dat enkel wanneer niet-belanghebbenden (verwijtbaar) geen zienswijze naar voren hebben gebracht, zij ook geen beroep kunnen instellen.

Het is dus de vraag of omwonenden en het nabijgelegen bedrijf in dit geval als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt bij de verleende Waterwetvergunning. Iemand is belanghebbend wanneer zijn belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken, ingevolge artikel 1:2 lid 1 Awb. Het moet wel gaan om gevolgen van enige betekenis. Bij het bepalen hiervan wordt gekeken naar de afstand tot, het zicht op, de planologische uitstraling en de milieugevolgen van de activiteit die het besluit toestaat. Ook aard, intensiteit en frequentie van de feitelijke gevolgen op de situatie kunnen een rol spelen.

In dit specifieke geval is de Afdeling van oordeel dat omwonenden geen gevolgen van enige betekenis ondervinden. De Afdeling is onder andere van mening dat de afstand tot het plangebied te groot is. Voor wat betreft het nabijgelegen bedrijf oordeelt de Afdeling dat de Waterwetvergunning voorziet in de aanleg van waterstaatkundige werken en geen betrekking heeft op de gronden van het bedrijf. Daarom ziet de Afdeling onvoldoende reden tot negatieve effecten op de bedrijfsgebouwen.

Op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen en actualiteiten in het omgevingsrecht? Ruimtemeesters houdt wekelijks de laatste jurisprudentie bij. Volg ons op LinkedIn of schrijf je in voor onze maandelijkse nieuwsbrief om niets te missen!
Hulp of advies nodig? Onze experts zijn er om te helpen! Neem contact met ons op. 

Klaar voor een nieuwe uitdaging? Bekijk de openstaande juridische vacatures:

Ondernemende Jurist
Senior Jurist Omgevingsrecht
Medior Jurist Omgevingsrecht
Medior Jurist Handhaving
Junior Jurist
Juridisch Adviseur Omgevingsrecht

Gepubliceerd op nov 2, 2022 en geschreven door:
Koen van Polanen

Koen van Polanen

Directeur / Juridisch Adviseur

Blijf op de hoogte en schrijf je in voor de nieuwsbrief

Nieuwsbriefinschrijving