Actualiteiten Omgevingsrecht – Week 34 | 2023

Intrekking van een afgegeven omgevingsvergunning (ECLI:NL:RVS:2023:3172)

Het college van gemeente Altena heeft een tijdelijke omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingsplan verleend voor de bouw van een schuilschuur welke zal worden gebruikt als kleine opslag. Het college heeft, na bezwaar van de eigenaar van het aangrenzende perceel (hierna: perceeleigenaar), de tijdelijke omgevingsvergunning weer ingetrokken. De eigenaar van het perceel waarvan de vergunning is ingetrokken (hierna: appellant) is het hier niet mee eens en gaat in hoger beroep.

Appellant stelt dat de perceeleigenaar geen belanghebbende is in dit specifieke geval. De rechtbank stelt dat het college de perceeleigenaar terecht heeft aangemerkt als belanghebbende. De rechtbank acht het aannemelijk dat de perceeleigenaar gevolgen van enige betekenis zal ondervinden van de schuilschuur. Daarnaast stelt de appellant dat het college onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de aanvraag alsnog kon worden geweigerd. Uit de ruimtelijke onderbouwing van het college blijkt namelijk niet waarom de ontwikkeling in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Echter stelt de rechtbank dat het college tijdens de zitting in de rechtbank wel voldoende duidelijk heeft gemotiveerd waarom de ontwikkeling in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.

Appellant is het niet eens met de overwegingen van de rechtbank. Appellant stelt dat de afstand tot de woning van perceeleigenaar groot is en dat door begroeiing er geen zicht is op de schuilschuur. Daarmee heeft de rechtbank onterecht overwogen dat de perceeleigenaar als belanghebbende kan worden gezien. Daarnaast is appellant het niet eens met de overweging van de rechtbank dat het college tijdens de zitting een duidelijke en onderbouwde argumentatie heeft gegeven waarom de ontwikkeling in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.

De perceeleigenaar is eigenaar van het aangrenzende perceel en het is, volgens de Afdeling, aannemelijk dat de bouw van een schuilschuur zorgt voor feitelijke gevolgen voor de perceeleigenaar. De bouw kan gevolgen hebben voor de gebruiksmogelijkheden gezien het feit dat er zicht is op schuilschuur vanaf het perceel van de perceeleigenaar.
Daarnaast stelt de Afdeling dat het college terecht stelt dat het realiseren van een schuilschuur de natuurwaarden kan aantasten en dat er geen behoefte is aan een grote opslagruimte. Na toelichtingen van appellant ziet de Afdeling niet in waarom de uitbreiding van de schuilschuur noodzakelijk is.

jurisprudentie omgevingsrecht,omgevingsrecht,overgangsrecht,vergunning

Op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen en actualiteiten in het omgevingsrecht? Ruimtemeesters houdt wekelijks de laatste jurisprudentie bij. Volg ons op LinkedIn of schrijf je in voor onze maandelijkse nieuwsbrief om niets te missen!
Hulp of advies nodig? Onze experts zijn er om te helpen! Neem contact met ons op. 

Klaar voor een nieuwe uitdaging? Bekijk de openstaande juridische vacatures:

Ondernemende Jurist
Senior Jurist Omgevingsrecht
Medior Jurist Omgevingsrecht
Medior Jurist Handhaving
Junior Jurist
Juridisch Adviseur Omgevingsrecht

Gepubliceerd op sep 28, 2023 en geschreven door:
Koen van Polanen

Koen van Polanen

Directeur / Juridisch Adviseur

Blijf op de hoogte en schrijf je in voor de nieuwsbrief

Nieuwsbriefinschrijving